Op 24/06/2012 kwam mijn pa aan in San Francisco.
Het was de eerste keer in twintig jaar dat hij nog eens op vakantie geweest was, dus hij keek enorm naar de tocht uit en gedroeg zich een beetje zoals een kind in Disneyland 🙂
Op de dag dat hij aankwam was het weekend van de Gay Pride net begonnen. De eerste dag waren we jammer genoeg te laat voor de festiviteiten, maar op zondag gingen we naar de parade kijken en bezochten we het bijhorende festivalletje.
De parade viel om eerlijk te zijn een beetje tegen. Het was vooral een optocht van protestgroepen terwijl wij meer praalwagens en muziek en dans verwacht hadden. Er was ook teveel volk langs de kant van de weg om veel van de parade te kunnen zien.
In de straten rond het civic center van San Francisco waren er verschillende podia met optredens en hier hebben we ons reuze geamuseerd. Vooral het mensen kijken was dikke pret… Zoveel mensen in de meest minuscule outfits, ongelooflijk… En hoe groter de omvang van de mensen, hoe meer vel ze lieten zien… Het was soms echt geen mooi zicht!
Voor ons pa was het een leuke eerste kennismaking met de Amerikaanse cultuur. 🙂
De volgende dag haalden we onze huurauto op en begonnen we aan onze rondtrip van twee weken. Omdat we de kustlijn vanaf Monterey zo mooi vonden en we het stuk tussen Monterey en San Francisco niet hadden kunnen fietsen, besloten we om hier terug langs te rijden. Onze eerste stop was Santa Cruz. Dit stadje staat bekend als hippiestad van de westkust. Veel hippies hebben we niet gezien of ze moeten de zeeleeuwen bedoelen die naast de pier liggen… 🙂
De pier van Santa Cruz is één groot pretpark, compleet met houten rollercoaster. Bijna alle kuststadjes die we tot nog toe tegenkwamen hadden een pretpark aan de pier, maar dat van Santa Cruz is met voorsprong het grootste.
Die avond sliepen we op de camping aan Monterey. Het was voor ons pa ook al héél lang geleden dat hij nog in een tentje had gelegen en hij had dan ook een pintje nodig voor hij kon gaan slapen. Aangezien we het Amerikaans bier echt niet te drinken vinden, kozen we voor Stella… Er gaat toch niks boven een goed Belgisch pintje!
In Monterey bezochten we het grote en zeer mooie Monterey Bay Aquarium. Joris werd wel een beetje gek van ons pa en mij want hoeveel foto’s van kwallen kan een mens nu nemen? 🙂
Om het goed te maken, gingen we nadien eten bij Bubba Gump Shrimp Factory. Toegegeven, het was een beetje boven ons budget, maar het was het waard!
Monterey is een mooi en leuk dorpje en we wandelden de rest van de dag nog een beetje rond.
De dag nadien begon onze trip naar Big Sur. We deden eerst de 17-mile drive die door iedereen hoog aanbevolen werd… Wel, hij sloeg serieus tegen! We moesten om te beginnen al 10 dollar betalen om op die weg te mogen rijden en vonden het om eerlijk te zijn echt niet zo spectaculair. De kustlijn ten zuiden van Monterey is tien keer knapper en er moet tenminste geen tol voor betaald worden. De 17-mile drive was dus een teleurstelling en we raden hem aan niemand aan.
Ik en Joris hadden Big Sur al met de fiets gedaan, maar kregen toch een totaal ander gevoel vanuit de auto. We reden natuurlijk in de tegenovergestelde richting en met de auto doe je er een aantal uur over, terwijl we het al fietsend in twee dagen deden. Op de fiets kregen we dus meer het echt overweldigende gevoel, maar ook vanuit de auto was het nog steeds spectaculair en het maakte op ons alledrie een grote indruk.
Mijn vader bracht bovendien geluk, want toen ik en Joris hier fietsten hing er dikwijls een dikke mist, maar heel de tijd dat ons pa hier was, was er geen streepje mist te ontdekken en scheen de zon uit volle kracht.
We waren ook opnieuw onder de indruk van de zeeolifanten die iets voorbij Big Sur te vinden zijn. Wat een lelijke, stinkende beesten! 🙂
Op onze tweede dag in de auto deden we zeer veel kilometers en reden we door tot Sequoia National Park. Dit park grenst aan Kings Canyon Naional Park en de natuur hier was prachtig. We kampeerden opnieuw en hadden een nieuw bier ontdekt: Fosters, Australisch en best goed te drinken. 🙂
Sequoia National Park is het thuis van de enorm grote Sequoia bomen. Bomen zo groot dat je er in kunt gaan staan of een stuk of twintig man nodig hebt om de boom te kunnen omringen. Spectaculair!
Het aangrenzende Kings Canyon was ook zeer mooi en onze mond viel geregeld open van de natuurpracht.
Op de terugweg naar onze camping zagen we een aantal beren. Mooi, maar naar mijn gevoel liepen die toch iets te dicht bij onze kampeerplek waardoor ik niet zo rustig geslapen heb…
Na al deze natuurpracht was het tijd voor de decadentie van Las Vegas!
Voor we hier echter toekwamen, passeerden we nog langs Death Valley. Zinderende hitte op een plaats die beneden zeeniveau ligt. De verschillende kleuren van de woestijn waren echt prachtig. We wilden eerst kamperen in de woestijn, maar toen we uit onze frisse auto stapten en merkten dat het buiten 50 graden was, lieten we deze plannen maar snel varen!
Ik had nog nooit zo’n hitte gevoeld! Zelfs de wind deed pijn omdat hij zo warm was! De campings waren bovendien gesloten omdat niemand het in zijn hoofd haalt om hier zijn tentje op te zetten waardoor we onze intrek namen in een klein motelletje.
Eindelijk nog eens een douche na vier dagen in de tent! Ik dacht dat dit enkel gebeurde als je met de fiets reist, maar niet dus… Amerikaanse campings hebben in het algemeen geen douche, wat onvoorstelbaar zou zijn in Europa. Toch zeker als je bedenkt dat je 20 dollar inkom moet betalen in de nationale parken (per wagen) en nog eens gemiddeld 15 dollar voor een kampeerplek.
En toen was het dus tijd voor Las Vegas. Na uren in de woestijn te rijden en, naast militaire testgebieden niets te zien, rijst de mastodont Las Vegas ineens op. Zoveel kitsch hebben we nog nooit bij elkaar gezien, maar het moet gezegd: Las Vegas laat een indruk achter! Elk hotel beschikt over een groot casino, is megahard verlicht en er zijn overal waterspektakels… En dat in het midden van de woestijn waar geen druppel water te vinden is…
Natuurlijk moest er ook een gokje gewaagd worden (en meer dan één) maar jammer genoeg hadden we geen succes. We hadden nochtans extra sponsoring kunnen gebruiken 🙂
Omdat het overdag echt te heet is om in de stad buiten te komen, zit bijna iedereen tijdens de dag in de casino’s. ‘s Avonds komt iedereen de straat op om naar de lichtshows te zien en om zichzelf ook te laten bewonderen. Vegas is een stad om te zien en gezien te worden… Zoveel korte rokjes, naaldhakken en freaks bij elkaar, het is echt onvoorstelbaar 🙂
Na twee dagen Las Vegas hadden we het gehad en moesten we onze tocht verder zetten voor we een overdosis Vegasgekte kregen.
We reden naar Yosemite National Park en stonden weer versteld van de uitersten in dit land. Na Las Vegas was het opnieuw al woestijn wat de klok sloeg, tot er na een aantal heuvels opeens groene bergen oprezen omringd door grote meren.
Yosemite was weeral prachtig en moeilijk in woorden te omschrijven. We namen opnieuw onze intrek in onze tentjes en spendeerden twee dagen in het park.
Een kleine teleurstelling was wel het enorm aantal toeristen in het park die allemaal geconcentreerd zaten in Yosemite Valley. Het was alsof we in een pretpark of een groot soort centerparcs beland waren…. De pracht van de natuur ging hierdoor een beetje verloren. Op de uitkijkpunten moest je ook steeds wachten tot je eindelijk een foto kon nemen zonder dat er andere mensen het zicht blokkeerden. Jammer, ik vermoed dat dit in de rustigere maanden wel minder zal zijn, hoewel het nog steeds niet volledig hoogseizoen was gezien er op veel campings nog steeds plekken vrij waren. Ik vraag me af hoe erg het hier binnen een aantal dagen of weken zal zijn…
Beren hebben we in Yosemite niet gezien, maar opeens stond er wel een coyote in het midden van de weg! Toen ik men raam opendeed om een foto te nemen, kwam het beest zelfs naar ons toegelopen! Volgens ons dacht hij dat hij eten ging krijgen. Ik heb maar heel snel een foto genomen, het raam dichtgedaan en gezegd tegen ons pa dat we moesten verder rijden. 🙂
Toen we uit Yosemite vertrokken was het vier juli: Independence day. Ons pa had al een aantal keer gezegd dat hij wou zien hoe de Amerikanen dit vieren. We hadden gelezen dat er in Lake Tahoe een groot vuurwerkspektakel was en besloten om daarheen te rijden.
Onderweg reden we langs een klein dorpje waar mensen met stoeltjes klaar zaten om een optocht te bekijken. We twijfelden even of we zouden blijven om te kijken, maar beslisten dan om verder te rijden. We kwamen immers voorbij Carson City en aangezien dit een grote stad was, dachten we dat daar ook zeker een optocht zou zijn.
Toen we in Carson City aankwamen, bleek de stad echter zo goed als verlaten te zijn… Hierdoor reden we dan maar verder naar Lake Tahoe en daar was het over de koppen lopen… Iedereen in California had blijkbaar besloten om naar hier te komen! De campings zaten allemaal bomvol en voor de motels vroeg men hopeloos veel geld.
Teleurgesteld en in de hoop dat we in San Francisco misschien meer kans hadden om vuurwerk te zien, besloten we om dezelfde dag nog door te rijden. In San Francisco hadden we immers zeker een slaapplek bij Cindi via warmshowers. Ik en Joris hadden voordien ook al bij haar gelogeerd, en nu mocht ons pa hier ook komen slapen. Cindi zelf was nog met vakantie maar ze had ons de sleutel van het huis gegeven zodat we zeker binnen konden.
We reden over de Golden Gate Bridge de stad binnen en konden onze auto vlak voor de deur parkeren, wat een luxe!
We besloten om naar het Golden Gate park te wandelen in de hoop dat we daar het vuurwerk zouden zien. We hoorden opeens langs alle kanten knallen, maar zagen nergens een glimp van het vuurwerk.
We vroegen aan een voorbijganger waar het feest juist te doen was en hij deelde mee dat het aan de compleet andere kant van de stad was en dat het voorbij zou zijn tegen de tijd dat we daar zouden arriveren….
Nog meer teleurgesteld dan eerder die dag, gingen we dan maar terug naar huis en verdronken we ons verdriet met een Fosters biertje. En tot onze ergernis hoorden we de knallen van het vuurwerk nog uren doorgaan… We zouden het dus zeker gehaald hebben als we erheen waren gegaan.
Omdat we nu een dagje vroeger in de stad waren aangekomen, hadden we meer tijd om van de stad te genieten. De eerste dag gingen we naar de Fishermans Warf omdat we kaarten voor Alcatraz wilden boeken…
We kochten ticketjes voor de beroemde cable car en ontdekten pas nadat we de kaartjes gekocht hadden dat er een enorme rij stond aan te schuiven! We moesten meer dan een uur wachten om dan op een overvol trammetje te zitten waar we niets konden zien van de uitzichten…
Toen we aan de Warf aankwamen, bleek dat er pas een tour voor Alcatraz beschikbaar zou zijn op 24 juli! Weer een teleurstelling! We wilden zo graag naar Alcatraz en nu konden we de rots enkel zien blinken in de baai vanop een afstand…Het zat ons niet mee de laatste dagen.
De Fishermans Warf was echter heel gezellig en we wandelden hier nog een hele tijd rond. En op de terugweg ontdekten we een Belgisch cafeetje! We dronken Grimbergen, Maredsous, Karmeliet en Brugse zot en aten mosselen met friet! Ik heb zooooo genoten, ook al was de portie mosselen zeer klein en zouden we hier in België over geklaagd hebben. 🙂
Het was al zo lang geleden dat we dit gegeten hadden dat we onze vingers erbij aflikten!
De voorlaatste dag gingen we winkelen tot grote vreugde van Joris die na een half uur al constant zeurde dat hij ergens wou gaan zitten 🙂
Na acht maanden niet gewinkeld te hebben, liet ik me echter gaan en kocht een nieuw kleedje, een rokje en schoenen! Eindelijk eens een vrouwelijke outfit in plaats van al die onflatterende fietskleren! Ons pa kocht twee jeansbroeken en een hemd en Joris kocht ook een nieuw T-shirt.
En dan was ons pa zijn laatste dag aangebroken… We besloten om naar de mission te gaan. Dit zou een leuke wijk zijn, maar we vonden er eigenlijk niet veel aan… Het was er vrij vuil en helemaal niet gezellig. We gingen hierom maar snel verder en zetten ons in het zonnetje in een park waar we lekker mensjes konden kijken.
Nadien gingen we naar de wijk de Haigt, een zeer gezellige winkelstraat, kocht ons pa nog enkele cd’s, aten we een laatste hamburger bij Mc Donalds en dronken we een stella in een gezellig cafeetje.
De dag nadien waren de twee weken al om! Het is voorbij gevlogen en een beetje triest brachten we ons pa naar de vlieghaven.
En het was alsof San Francisco ook treurde want na twee weken van zonneschijn, hing er gisteren opeens een dichte mist en ook vandaag is het al heel de dag mistig…
Nog vijf maanden en we zien onze familie en vrienden terug en we beginnen er toch echt naar uit te kijken!
Maar eerst moet er nog gefietst worden! Dit zal opnieuw zwaar worden na twee weken rust, maar morgen beginnen we terug met volle moed!