Villa O’Higgins – Cohaique

Que Tiempo!!

Hola, we hebben onze eerste dagen op de befaamde carretera Austral achter de rug! En de weg heeft ons een haat-liefde verhouding bezorgd….

Ons vertrek uit Villa O’Higgins verliep aanvankelijk voorspoedig, de weg was redelijk goed en er was nauwelijks wind. Maar na een dertigtal km kwamen we onze eerste helling van een viertal km tegen: welkom in de Andes! En er zouden nog veel hellingen na deze volgen…

De weg vanuit het dorpje was betoverend: gletsjermeren, besneeuwde bergtoppen en honderden watervallen. Ons drinkwater konden we gewoon uit de bergriviertjes halen, hoeveel mooier kan het leven zijn?
Ons tentje konden we opzetten vlak naast een rivier.

Na twee dagen kwamen we aan in het dorpje Cochrane. Het enige belangrijke dat hier te zien is, is een bankautomaat. Want in Villa O’Higgins was er nergens een bank te vinden waardoor we dus zonder een cent op zak aan ons verder avontuur moesten beginnen! Na het verplichte bezoekje aan de bank konden we dus weer opgelucht ademen.
De andere benoemenswaardige zaken in het stadje zijn het koffiebarretje met de lekkerste warme chocomelk die we hier gedronken hebben en een plaatselijk restaurantje waar je de typisch Patagonische schotel Pichangas kon eten. Dit is een zeer groot bord met frietjes, vlees, worst, ui en kaas. Heerlijk!
En Joris kon voor het eerst in Zuid-Amerika steak met pepersaus eten dus hij voelde zich de koning te rijk! 🙂

Omdat er niet veel in het stadje te beleven viel, reden we snel door voor ons tweede deel van de Carretera Austral. Een aantal mensen in Cochrane hadden ons gezegd dat de mooiste weg naar Chile Chico ging. Deze weg wijkt even af van de carretera om langs het grote meer, lago General Carrera te gaan.  De uitzichten op het meer en de omringende bergen zouden fantastisch zijn. In Chile Chico moesten we dan terug een ferry nemen om terug op de carretera te geraken.

Met volle moed vertrokken we aan onze tocht. Opnieuw hadden we geluk met het weer en was er nauwelijks wind. Onderweg kwamen we een klein dorpje, Puerto Bertrand, tegen waar veel cabanas te vinden zijn die reclame maakten voor sauna’s en hot tubs… We begonnen al een beetje te dromen, maar helaas hebben we niet zo veel dinero’s waardoor we dus toch maar beslisten om in ons tentje te dromen van een heerlijke sauna 🙂

We werden jammer genoeg bruusk gewekt omwille van felle windstoten en hevige regenbuien. De wind ging gelukkig liggen, maar de regen zou de hele dag blijven duren.  Er zat niets anders op dan de regenkledij aan te trekken en hopen dat het achter de volgende berg een beetje zou opklaren.

De regen stopte echter niet en toen Joris opeens een val maakte, stond mijn hart even stil. Gelukkig niets ernstigs gebeurd buiten wat schaafwonden op zijn handen. Klein inschattingsfoutje zei hij… tja…
Later merkten we dat door dit inschattingsfoutje zijn achtertas stuk was geraakt. Het ophangingssysteem was doorgescheurd. Joris heeft alles vastgemaakt met stevige plakband en voorlopig houdt alles gelukkig goed…

Moe en doorweekt kwamen we tegen de avond aan in het kleine plaatsje Mallin Grande. Hier valt naast een klein supermarktje en een schooltje niets te beleven. Er zou een hostalletje zijn en na deze zware dag hadden we gehoopt hier te kunnen overnachten maar na aankloppen op de deur werden we nogal nors weggestuurd.
Ons oog viel hierop op het schooltje met overdekte speelplaats… Wij erheen en de leraar van de school, Robinson, verwelkomde ons met open armen. We konden ons tentje naast het speelpleintje opzetten en Robinson nodigde ons uit in zijn huisje. Hij maakte eieren voor ons en gaf ons een heerlijk smakende cerveza! Robinson maakte ook een vuurtje zodat we ons heerlijk konden opwarmen.
Het werd een gezellige avond waarbij we goed konden oefenen op onze kennis van de Spaanse taal.
Robinson vertelde dat de weg naar Chile Chico nog mooier zou zijn. De weg zou bovendien van uitstekende ripio zijn en we zouden voornamelijk kunnen dalen! Hij sprak zelfs van een afdaling van 60 km…

Vol goede moed vertrokken we naar het dorpje. Alles wat Robinson ons verteld had, bleek echter niet te kloppen. Het werd onze zwaarste etappe tot nog toe. De weg was enorm slecht, vol steenslag. We moesten bovendien het grootste gedeelte stijgen en omwille van de steenslag konden we onze fietsen op de hellingen nauwelijks rechthouden. We hebben zwaar afgezien en bijna hadden we de moed laten zakken. We begonnen ons al af te vragen of we niet beter op de carretera Austral hadden gebleven… De uitzichten waren echter fantastisch! Hierin had Robinson niet gelogen. Dit maakte alles toch een beetje draaglijker en met het nodige doorzettingsvermogen, cola en chocolade, kwamen we ‘s avonds aan in Chile Chico!

In het dorpje kwamen we Daniel tegen. Een Zwitser van Chileense oorsprong met wie we een gezellige avond op restaurant doorbrachten.

Omdat er in het dorpje niets te beleven viel, namen we de volgende ochtend de ferry. En jullie raden het nooit: de weg tot aan Cohaique was volledig geasfalteerd! Wat een droom: 116 km geasfalteerde weg!
We begonnen al direct te klimmen, maar op deze weg ging het zoveel beter dat we er totaal niets mee inzaten. Na de eerste klim sloeg het weer echter volledig om. Het begon lichtjes te regenen waardoor we onze regenbroek nog niet aandeden. Dit zouden we ons echter snel beklagen… Van zodra we met de afdaling konden beginnen, begon het te gieten. Te laat om onze regenbroek aan te trekken met als gevolg dat we snel doorweekt waren. Na een zestigtal km zaten we er volledig onderdoor, alles was nat, tot onze voeten toe. Bovendien was er een ijzige wind opgestoken waardoor we door en door verkleumd waren.
We besloten hierom om het laatste deel te liften. Enige minpuntje: het laatste uur waren er slechts twee of drie auto’s gepasseerd… Na een half uurtje kwamen er echter twee auto’s aan en de tweede wagen stopte! Ik sprong gewoon een gat in de lucht van opluchting!
Moe en nat kwamen we aan in Cohaique. Het regent hier intussen nog steeds….

Het stadje is wel gezellig en we zullen hier een aantal dagen relaxen.
Hopelijk houdt de regen binnen enkele dagen op zodat we terug wat meer van onze tocht kunnen genieten!

 

 

Posted in Allerlei | 1 Comment

El Calafate – Villa O’Higgins

Buenos dias!

Hier zijn we weer, opnieuw een aantal dagen gepasseerd en weer veel dingen te vertellen.

Op 3/11/11 vertrokken we vanuit El Calafate richting El Chalten. Onze eerste 30 km gingen vrij vlot gezien we de wind in de rug hadden! Jammer genoeg kon dit natuurlijk niet blijven duren… De weg draaide waardoor de wind weer pal in ons gezicht blies. Maar we waren vastbesloten om ons niet te laten doen en de wind te trotseren!
Na een hondertal kilometer hadden we het echt gehad en zochten we naar een overnachtingsmogelijkheid… Hier werden we voor het eerst geconfronteerd met het feit dat overnachten in de pampa’s echt wel niet zo vanzelfsprekend is. We kwamen een estancia tegen maar die bleek compleet verlaten te zijn… Ze was ook helemaal afgezet met draad waardoor we er niet meer konden geraken. Omdat we er echt wel door zaten en dit gebouw het enige gebouw was dat we in een straal van 30 km waren tegengekomen, zetten we ons tentje toch maar naast de omheining. We stonden redelijk beschut maar konden toch niet slapen omdat we de hele nacht geteisterd werden door een achtergelaten kat… Het beest at bijna al ons brood op.
Les nummer 1 voor reizigers: laat nooit je eten onbeschut achter! We wisten dit maar al te goed, maar toch hadden we ons hieraan laten vangen. Bij deze onze les dus weeral geleerd… Gelukkig zitten er nog geen beren in Patagonië!

Dag 2 richting El Chalten verliep goed en we hadden gelukkig veel chance met de wind. De weg was enorm mooi en na elke bocht viel onze mond een beetje verder open van verbazing. De Mont Fitzroy lag heel de dag voor onze ogen te blinken. ‘S avonds hadden we weer een probleem om de tent op te zetten. Deze keer zelfs geen verlaten estancia dus moesten we ons maar gewoon naast de weg zetten. De wind was terug opgestoken maar gelukkig bleek ons tentje er goed tegen bestand!

De derde dag kwamen we vrij vroeg aan in El Chalten. We zagen direct dat dit stadje ons veel beter lag dan El Calafate. Veel authentieker en veel minder toeristisch. De volledige stad is wel in opbouw waardoor we vrezen dat ook dit dorpje binnen onafzienbare tijd ten prooi zal vallen aan het massatoerisme.
We bleven een aantal dagen in El Chalten en kwamen hier Dorien en Marijn tegen. Twee Antwerpse meisjes die werken voor CAW Metropool en waar we dus af en toe mee samenwerken. Hoe groot kan het toeval zijn? ‘S avonds met hen een heel gezellige café-avond gehad! 🙂

We moesten vanuit El Chalten verder richting Villa O’Higgins in Chili. Omdat de boot enkel op zaterdag vaart, moesten we enkele dagen doorbrengen in het dorpje El Chalten. De korte rustperiode was echter zeel welkom want we vreesden dat de tocht richting Chili vrij zwaar zou zijn…

Na enkele dagen vertrokken we! De eerste kilometers uit het dorp werden we al direct geconfronteerd met de slechte staat van de weg. We schudden zo hard dat Joris zijn colafles viel en de cola volledig op mij en men fiets spoot. Ik rijd dus nu rond met een plakfiets…
Maar de weg tot aan het lago del desierto was echt wondermooi. We moesten af en toe de fiets een helling opduwen maar de natuur én het feit dat de wind redelijk mild was, maakte alles goed.

Toen we aankwamen aan het Lago Del Desierto bleek de boot naar de Argentijnse grens pas de volgende dag te varen. De man van de camping waarschuwde ons voor de slechte weg naast het meer en adviseerde ons om te wachten op de boot. We zetten dus ons tentje op en maakten van de gelegenheid gebruik om de nabijgelegen gletsjer Huemul te gaan bekijken. Een kleine gletsjer, maar wondermooi! Er lag een helblauw meer voor en de zon scheen pal op de gletsjer en de bergen. Het meer riep ons bijna om de sprong te wagen, maar we hebben toch maar wijslijk besloten om aan de kant te blijven zitten. 🙂

De volgende dag namen we de boot naar de Argentijnse gendarmeria aan de andere kant van het meer.
Daar bleek nog een fietser, Graham, te zitten. Hij verwelkomde ons en gaf aan dat hij de volgende dag naar Lago O’Higgins zou vertrekken. Graham zat al een aantal dagen bij de gendarmeria te wachten tot hij kon vertrekken.
Een aantal uur later vervoegde een vierde fietser, Zwitser Julien, ons groepje.
We gingen forellen vangen in het riviertje en aten deze ‘s avonds met héél veel smaak op!

Omdat de weg tot aan de Chileense grens vrijwel onfietsbaar was, stelden de mannen van de gendarmeria voor om, mits een kleine bijdrage natuurlijk, onze zakken per paard tot aan de overkant te brengen. We namen dit aanbod aan en hadden geen moment spijt! Het pad was echt niet fietsbaar. We moesten dikwijls onze fietsen gewoon dragen over riviertjes en boomstammen. Maar het was echt de leukste en mooiste tocht die we tot nog toe hadden! Het feit dat we met een klein groepje waren, maakte de tocht ook nog eens dubbel zo tof!
Aan de Chileense grens gaven de mannen van de Guarderia onze bagage terug. De laatste vijftien kilometer tot de Argentijnse douane zou de weg beter zijn… Tja beter is dus een groot woord… Het was weliswaar fietsbaar, maar ook hier moesten we af en toe onze fietsen naar boven duwen.
We moesten ook twee keer een rivier oversteken waar geen brug meer te bekennen was met natte voeten als gevolg! 🙂

Toen we aankwamen aan de Chileense Carabinieros deelden deze ons ook nog eens mee dat de boot niet op zaterdag zou uitvaren omwille van de sterke wind. Hij zou misschien op zondag uitvaren maar ook dit was niet zeker…

We maakten het ons dan maar gezellig op de camping. Na een aantal uur kwam er ook een Japanse fietser aan plus een Duitse wandelaar en een Engelse wandelaarster.
We maakten een gezellig kampvuur, kochten vlees van de campingeigenaar (het enige dat hij verkocht) en verdeelden de rest van ons eten onderling. Een cerveza had ons wel gesmaakt maar daar konden we enkel van dromen…

Omdat de boot de dag erna toch niet zou varen, besloten we om te gaan uittesten hoe warm het water van Lago O’Higgins was… Joris was de eerste dappere die in het water durfde te gaan, nadien konden ik, Julien en Anna natuurlijk niet achterblijven. De rest van de bende vond het water toch net een tikkeltje te koud… 🙂

Op zondag ging de boot dan toch naar Villa O’Higgins. Gelukkig maar want onze voedselvoorraden slonken toch wel erg snel… Toen we hier echter aankwamen kregen we een nieuwe opdoffer… Geen bankautomaat in het dorp… De enige bank is 215 km verder. We hebben onze laatste euros kunnen wisselen en komen hopelijk toe tot onze volgende halte. Anders zullen we misschien toch ergens een schaap of zo moeten slachten… 🙂

Morgen begint onze tocht aan de Carretera Austral. We hebben hier al heel veel verhalen over gehoord. Voornamelijk over het feit dat de weg wondermooi is, maar ook enorm hard en zwaar omwille van de slechte ondergrond en de harde winden…
We zijn benieuwd.

Foto’s van onze laatste mooie dagen vinden jullie in onze fotogallerij.

 

Posted in Allerlei | 1 Comment

Puerto Natales – El Calafate

Hallo iedereen!!

We hebben de laatste dagen veel meegemaakt en veel gezien. Ik zal proberen een zo goed mogelijk beeld te schetsen!

Op 22 oktober vertrokken we vanuit Puerto Natales richting nationaal park Torres Del Paine. We vertrokken voor dag en dauw omdat ons een lange tocht te wachten stond. We vreesden al een aantal dagen voor de wind, maar op de dag dat we met het fietsen konden beginnen, was het bijna windstil. Niet te geloven!
We konden heel de dag heel goed rijden in een wondermooie omgeving! Na een goede 60 km kwamen we aan in het grensdorpje Cerro Castillo. Dit was nog 85 km verwijderd van het nationaal park. Tegen dat we het dorpje bereikt hadden, was de wind echter terug opgekomen…En zoals je kon denken lag het park dus in de verkeerde richting… Omdat het echt niet mogelijk was om tegen deze wind in te fietsen, zetten we ons tentje naast een estancia in het dorp.

De dag erop was tot nog toe één van de zwaarste fietsdagen… De wind kwam na een aantal km terug opzetten en blaasde ons bijna van de weg. Na een twintigtal km had ik al een serieuze dip. Arme Joris, want hij was natuurlijk mijn klaagmuur…. Ik heb toch doorgezet (mede dankzij Joris) en heb het me geen moment beklaagd! Wat een landschap! Bergen, vogels, flamingo’s en guanaco’s die ons pad kruisten. Alleen jammer van het weer, toen we in het park arriveerden bedekten de wolken de meeste bergen. In het park zelf ook enkel gravelweg en het was nog 25 km tot aan onze camping. De weg was niet te doen… We konden onszelf nauwelijks rechthouden op die combinatie van steile gravelwegen en hevige winden. Ik ben natuurlijk een aantal keer van mijn fietske gedonderd en heb hem dan de helling moeten opduwen… Wat nog zwaarder was dan hem opfietsen, maar op zo’n weg terug op je fiets stappen is gewoon onmogelijk! Ik was dan ook stiekem toch een beetje blij dat ook Joris het op één helling niet meer uithield en zijn fiets naar boven moest duwen. 🙂

Uiteindelijk kwamen we aan in camping Lago Pehoe en konden we een verfrissende douche nemen. We waren moe, kapot en hongerig maar supertrots dat we het gehaald hadden!

De volgende vier dagen brachten we door in het wondermooie park Torres Del Paine. Onze fietsen en de meeste van onze spullen konden we laten staan op de camping. Enkel de tent, slaapzakken, eten en noodzakelijke kledij ging mee. Alles werd in één rugzak gestoken die dan ook behoorlijk wat doorwoog. We hebben hem om beurten op de trekking gedragen. (Al moet ik toegeven dat Joris hem het meest gedragen heeft, maar dit was gewoon omdat hij hem nooit wou afgeven!) 🙂

We waren helemaal onder de indruk van het park en stonden soms vol ontzag over de wondermooie natuur.
De dagen bestonden uit lange en mooie trekkings. De eerste dag trokken we naar gletsjer Grey. De eerste keer dat we een gletsjer zagen en echt de moeite waard! Het weer sloeg de eerste dag jammer genoeg een beetje tegen.
De volgende dagen wandelden we het bekende “w”-parcours. Bijna iedereen die naar het park komt doet deze trekking. Omdat het toeristenseizoen nog niet begonnen was, kwamen we heel weinig mensen tegen en waanden we ons soms alleen in het park.
De mooiste dag vonden we beiden dag twee: de tocht door Valle de Frances naar campamiento Brittanico. Heel de dag tussen de bergen gelopen. Regelmatig hoorden we opeens donderende geluiden… We dachten dus eerst dat er vliegtuigen overvlogen, maar het bleken lawines te zijn! Echt spectaculair!

Na 4 dagen in het park gingen we terug naar onze fietsen. Op vier dagen tijd hadden we 95 km gestapt! Onze beentjes mochten het voelen!
(foto’s van dit natuurschoon vinden jullie hier)

Op 29 oktober stapten we terug op onze fiets. We moesten terug naar het grensdorpje Cerro Castillo om vandaar Argentinië te kunnen binnenrijden. Er is een veel kortere weg mogelijk langs het noorden van het park en we hadden gehoopt om deze weg te kunnen nemen, maar de douane had ons gezegd dat de weg niet open was en niet gebruikt mocht worden. Anders zouden we illegaal de grens oversteken. Dit maakte dus dat we een omweg van meer dan 100 km moesten maken…

Het kostte ons drie dagen om tot in El Calafate te komen. (75 km van het park naar Cerro Castillo en vandaar ca 220 km naar El Calafate)
De eerste twee dagen hadden we de wind in onze rug! Zalig! Op de ruta 40 vlak over de grens van Argentinië konden we zelfs bergop aan een snelheid van 30 km per uur rijden! Ik heb ontdekt wat het allerleukste gevoel is op een fiets: bergop in een hogere versnelling kunnen schakelen! 🙂

De pret kon natuurlijk niet blijven duren… We moesten even van de ruta 40 af omdat dit anders weer een omweg betekende. Hierdoor kwamen we op de slechtste gravelweg die we konden bedenken. Gelukkig hadden we wel nog steeds wind in de rug, want ik denk dat het anders onmogelijk zou zijn om hier op te kunnen blijven trappen. De weg was de naam “weg” gewoon niet waard. Er lagen overal rotsblokken waardoor onze fietsen het hard te verduren kregen.

Het laatste stuk richting El Calafate was gelukkig terug geasfalteerd. Onderweg waren we even gestopt om te drinken toen er plots een vrachtwagen stopte. De chauffeur vroeg ons  of alles in orde was. We gaven aan dat we ons wat zorgen maakte over onze drankvoorraad en hij gaf ons spontaan drie flesjes water. Joris maakte terloops ook een opmerking dat hij een beetje last had van zijn knie maar dat het fietsen wel ging.
Een twintigtal km later kwam er opeens een ambulance vanuit de tegenovergestelde richting. Hij maande ons aan om te stoppen en de ambulanciers wandelden recht op Joris af. Bleek dat de vrachtwagenchauffeur melding had gemaakt van de pijnlijke knie en de ambulance onze richting had uitgestuurd. Ik kon mijn lachen nauwelijks bedwingen…
De ambulanciers deden erg gewichtig over de zaak, zwachtelden Joris zijn knie in en gaven aan dat hij in El Calafate zo snel mogelijk naar het ziekenhuis moest! Joris kon zijn knie nadien nauwelijks nog bewegen omdat ze hem zo hard ingebonden hadden. 🙂

Na drie dagen kwamen we eindelijk aan in El Calafate. Na zoveel dagen fietsen en stappen snakten we echt naar een goede warme douche. Bleek dat heel het dorp zonder water zat! Een dag later hadden we gelukkig terug water en konden we terug onder de mensen komen!

Het stadje is wel gezellig maar voornamelijk gericht op toeristen. Alles staat hier in het teken van het nationaal park Los Glaciares en het bezoeken van de bekende gletsjer Peritto Moreno. Dit maakt dat er hier vrij weinig sfeer is.

Nu we hier toch waren, konden we het natuurlijk niet maken om de gletsjer niet te gaan bezoeken… En we moeten toegeven dat het echt mooi was. Je kon de gletsjer bijna volledig zien en af en toe vielen er grote brokken ijs met donderend geraas naar beneden. Spektakel verzekerd! ( Foto’s kunnen jullie hier bekijken)

Morgen stappen we terug op onze fietsen richting El Chalten. Vandaar zullen we terug de grens oversteken naar Chili om vanaf het dorpje Villa O’Higgins te starten aan de befaamde Carretera Austral!

 

Posted in Allerlei | 1 Comment